HELMOND - De rechtbank Oost-Brabant legt een 27-jarige man uit Eindhoven een gevangenisstraf op van 5 jaar voor een gewapende woningoverval in Helmond en drie andere woninginbraken. Ook moet hij een eerder voorwaardelijk opgelegde celstraf van 6 maanden uitzitten.

In oktober 2020 braken de verdachte en een onbekend gebleven tweede verdachte in in de woning van een 78-jarige man en 72-jarige vrouw in Helmond. De verdachten waren gehuld in een bivakmuts de woning binnengetreden. Daar richtten ze een vuurwapen op de man en bedreigden hem. Er ontstond een worsteling waarop de verdachten een mes toonden. De vrouw is mishandeld toen zij de verdachten, die richting de voordeur liepen, tegen het lijf liep en zij een van hen vastpakte aan zijn jas.

Op basis van DNA-materiaal gevonden op tie-wraps in de keuken en een sigarettenpeuk op een pad naast de tuin van de woning, is de Eindhovenaar in beeld gekomen.

Naast deze overval is er volgens de rechtbank voldoende wettig en overtuigend bewijs dat de verdachte nog 3 andere woninginbraken pleegde in oktober 2020 in Helmond en Beek en Donk.

Het gewelddadige karakter van de diefstal met geweld bij het ouder echtpaar laat volgens de rechtbank zien dat de verdachte er niet voor terugschrikt om, samen met een ander, geweld tegen anderen te gebruiken. Hij bekommert zich daarbij niet om zijn slachtoffers. Gelet op de hoge leeftijd van de slachtoffers gaat het om een laffe en gewetenloze daad. Hoewel de slachtoffers zichzelf hebben geduid als zeer nuchtere mensen en zij dachten na dit misdrijf gewoon verder te kunnen leven, heeft dat wat hen is overkomen fors ingegrepen op hun gevoel van veiligheid en levensgeluk.

De verdachte is eerder veroordeeld voor vermogens- en geweldsdelicten. Dit heeft hem er kennelijk niet van weerhouden zijn crimineel gedrag te veranderen. Ook ziet hij de ernst van het door hem aangedane leed niet in en neemt hij geen verantwoordelijkheid voor zijn handelen.

Al met al is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf van 5 jaar passend is. De feiten waarvoor hij vandaag wordt veroordeeld, pleegde hij in de proeftijd van een andere straf. Daarom moet de verdachte een gevangenisstraf van 6 maanden, die hem in 2016 voorwaardelijk is opgelegd, alsnog uitzitten.

Verder moet de verdachte de slachtoffers een schadevergoeding betalen van 4.757,21 euro.