De man is eigenaar van een juridisch advieskantoor in Eindhoven. Zijn kantoor adviseert vreemdelingen tegen betaling in de voorbereiding van hun asielprocedures. Twee tolken trokken aan de bel toen ze vermoedden dat de man meer deed dan het geven van juridisch advies. De Helmonder zelf stelt echter dat hij bij het uitvoeren van zijn werkzaamheden steeds binnen de taakopvatting van juridisch adviseur is gebleven: Hij heeft vreemdelingen geadviseerd en hen voorbereid op hun asielaanvraag bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
De rechtbank oordeelt dat de man zich van 2015 tot en met 2018 heeft schuldig gemaakt aan de mensensmokkel van 14 personen, vrijwel allen van Iraanse afkomst. Hij hielp hen bij hun illegale verblijf in Nederland en in een enkel geval hielp hij ze Nederland binnenkomen. Daarbij heeft hij hen onwaarheden laten instuderen zodat zij hun kansen bij de IND zouden vergroten. Hij verzon bijvoorbeeld delen van vluchtverhalen en dikte verhalen over een bekering aan met onwaarheden. Ook paste hij data van gebeurtenissen aan.
De Helmonder heeft daarmee het overheidsbeleid ondermijnd. Hij heeft dat bedrijfsmatig gedaan. Door zijn handelen, zorgt de man ervoor dat het asielsysteem en de manier waarop de IND asielaanvragen beoordeelt, steeds strenger worden. En dat gaat ten koste van vreemdelingen met een authentiek (vlucht)verhaal. Bovendien zorgt de verdachte ervoor dat het draagvlak in de samenleving voor het asielsysteem afneemt aangezien hij eraan heeft bijgedragen dat vreemdelingen verblijfsvergunningen kregen terwijl ze daarvoor mogelijk niet in aanmerking kwamen.
Tijdens de zitting heeft de man enkele keren verteld dat hij zelf kon beoordelen wie het verdiende om een verblijfsvergunning in Nederland te krijgen. Daarmee plaatst hij zich boven de rechtstaat en ons rechtssysteem. De rechtbank vindt het zorgwekkend dat de man overtuigd blijft van de juistheid van zijn handelen en op geen enkel moment inzicht heeft getoond in het kwalijke van zijn handelen.