HELMOND - De rechtbank Oost-Brabant heeft een 59-jarige man uit Helmond veroordeeld tot een taakstraf van 190 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden. Hij maakte zich schuldig aan het illegale bezit en de verkoop van opgezette bedreigde diersoorten. Ook had hij verboden oude geweren, revolvers en munitie in bezit. Een 31-jarige Helmonder die opgezette dieren en delen van bedreigde dieren voor zichzelf en zijn stadsgenoot verkocht, krijgt een taakstraf van 130 uur, waarvan 30 uur voorwaardelijk.
De 59-jarige verdachte schafte sinds 2015 met enige regelmaat illegale opgezette dieren en delen van uitheemse diersoorten aan. Dit ging onder meer om een roodstaartpapegaai, de schedels van een luipaard, leeuw, orang-oetan en baviaan, de tanden van een hertzwijn en nijlpaard en de kop van een ijsbeer en leeuw. De schedel van het luipaard kocht hij via de medeverdachte. In 2017 vroeg hij deze 31-jarige verdachte om tijgerschedels en een leeuwenschedel weer voor hem te verkopen, omdat hij zijn collectie vanwege persoonlijke omstandigheden wilde uitdunnen. Ook had de verdachte oude geweren en revolvers met munitie in bezit. Hij had voor de dieren en wapens niet de benodigde papieren. De 31-jarige man maakte zich naast de verboden verkoop van de luipaard-, tijger- en leeuwenschedels schuldig aan het vervalsen van verzendetiketten. Hij verstuurde via UPS een opgezette rob, koala en tenrek naar het buitenland. Op de verzendbewijzen vermeldde hij dat het om ‘educatieve modellen’ ging.
Onverschillig
Dit soort illegale handel in beschermde diersoorten brengt onomkeerbare schade toe aan de natuur en het behoud van diverse diersoorten. De 59-jarige verdachte heeft verklaard dat hij wist dat dit niet mocht, maar dat hij geld nodig had. Daarbij verklaarde hij dat hij kocht wat hij mooi vond en dat hij zich niet bekommerde om de herkomst en beschermingsstatus van de dieren die hij aanschafte. De rechtbank neemt hem die onverschilligheid kwalijk. De rechtbank weegt ook mee dat beide verdachten goed wisten dat zij echte tijgerschedels aan het verhandelen waren en dat ze ook heel bewust nadachten hoe ze de autoriteiten daarbij buiten beeld konden houden. De 31-jarige verdachte gaf aan dat hij is opgegroeid met dit soort goederen om zich heen. Volgens de rechtbank moet hij zich hebben gerealiseerd dat hij een grens overging. Verder houdt de rechtbank er rekening mee dat de wapens en munitie die de 59-jarige verdachte in bezit had, deel uitmaakten van een verzameling oude vuurwapens. Die vuurwapens waren grotendeels onklaar gemaakt, dat was niet geheel volgens de geldende wet- en regelgeving gedaan.
Al met al vindt de rechtbank het passend om de verdachten taakstraffen op te leggen van 200 uur en van 140 uur, waarvan 30 uur voorwaardelijk. En een voorwaardelijke celstraf van 2 maanden voor de oudste verdachte. Omdat de redelijke termijn waarbinnen de officier van justitie deze strafzaken voor de rechter had moeten brengen, met bijna een half jaar is overschreden, past de rechtbank in beide gevallen een strafkorting toe van 10 uur taakstraf.