DEN BOSCH - Ruim een derde van de inzittenden die in 2018 en 2019 in Brabant bij auto-ongelukken overleden, droeg geen gordel. Dat is een van de conclusies van het rapport ‘Dodelijke verkeersongevallen in Noord-Brabant 2018-2019’.
Het betreft een onderzoek dat in opdracht van de provincie is uitgevoerd door Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV).
Gedeputeerde Christophe van der Maat noemt dat cijfer ronduit schokkend. “Je gordel moet je altijd dragen en ik dacht dat dat inmiddels echt gemeengoed was. Uit dit onderzoek komt naar voren dat op dat gebied nog winst te behalen valt.”
Daarnaast was bij verkeersongevallen met een dodelijke afloop sprake van alcohol- of drugsgebruik, afleiding (telefoongebruik), vermoeidheid, door rood licht rijden of een technisch mankement aan het voertuig. SWOV stelt dat de infrastructuur op sommige plekken niet voldeed aan de richtlijnen, zoals een te smalle of te brede weg, te krappe bocht of bomen in de berm die te dicht op de weg staan. Uit het onderzoek komt ook naar voren dat onder fietsers veel slachtoffers 70 jaar of ouder waren en dat het dragen van een fietshelm mogelijk een dodelijke afloop had kunnen voorkomen.
Aanleiding onderzoek
De aanleiding voor het rapport was de forse stijging van het aantal dodelijke verkeersongevallen in Brabant: van 98 in 2017 naar 150 in 2018 en 142 in 2019. Omdat er geen duidelijk aanwijsbare oorzaken zijn voor deze stijging, besloot de provincie vanuit haar coördinerende verkeersveiligheidsrol in Brabant SWOV te vragen een onderzoek te doen. Het doel van het onderzoek was om gedetailleerd inzicht te krijgen in de ongevallen om zo lessen te trekken en daarnaast hopelijk een verklaring te krijgen waarom het aantal dodelijke verkeersongevallen in Brabant hoger is dan in andere provincies.
Het onderzoek levert geen antwoord op die laatste vraag op. Dat komt doordat Noord-Brabant de eerste provincie is die een dergelijk diepte-onderzoek laat doen, er is dus geen vergelijkingsmateriaal. Zowel de provincie Noord-Brabant als SWOV hoopt dat andere provincies ook dergelijke diepte-onderzoeken laten uitvoeren zodat er meer inzicht komt tussen de verschillen in provincies.Het complete onderzoek is te vinden op de site van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV)
Lessen SWOV bespreken met verkeersveiligheidspartners
De provincie zal het onderzoek naar alle samenwerkende partners binnen het Brabants Verkeersveiligheidsplan (BVVP) sturen en actief agenderen. Samenwerking tussen al deze partners is cruciaal, zoals eerder ook door de Zuidelijke Rekenkamer is vastgesteld. Met de politie en de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie is en blijft de provincie in gesprek over de mogelijkheden voor gerichte handhaving op bijvoorbeeld het gordelgebruik, afleiding of te hard rijden. Een voorbeeld van deze samenwerking is het huidige project met mobiele flitspalen.
Het Rijk en gemeenten kunnen als wegbeheerders de lessen van SWOV toepassen. In het onderzoek zijn 153 ongelukken op gemeentelijke en 40 ongevallen op rijkswegen nader onderzocht. Een van de adviezen is om op filegevoelige plekken bij auto(snel)wegen matrixborden te plaatsen waar die nu ontbreken. Gemeenten kunnen winst behalen door meer snelheidsremmende maatregelen, zoals drempels, te nemen bij erftoegangswegen. Daarnaast zal de provincie met de BVVP-partners het inzetten van gedragscampagnes bespreken. Bij de in maart gestarte campagne ‘Jouw actie telt!’ zal materiaal gebruikt worden om gordel- en helmgebruik te bevorderen. De lessen van het SWOV-onderzoek zijn in lijn met de acties en doelen in het verkeersveiligheidsplan, maar de 2 worden naast elkaar gelegd om te zien of het BVVP en de daaruit volgende projecten aanpassing behoeven.
Vervolgstappen provincie als wegbeheerder
SWOV heeft 28 ongelukken met dodelijke afloop onderzocht op provinciale wegen. Daaruit kwam onder meer naar voren dat een fysieke scheiding van de rijrichting en minder of afgeschermde obstakels in de berm (bomen) het aantal doden op deze N-wegen kan verminderen. SWOV-directeur Peter van der Knaap: “De inrichting van de weg stuurt het gedrag en de verwachtingen van weggebruikers: de rijsnelheid, de voorrangsregels en alertheid voor de aanwezigheid van andere verkeersdeelnemers. Daarnaast speelt de infrastructuur een belangrijke rol in het voorkomen van ongevallen met een ernstige afloop.” Als wegbeheerder benadert de provincie dit als een integrale afweging. Bij het scheiden van rijrichtingen spelen, net als bij het afschermen of verwijderen van objecten in de berm, onder andere fysieke ruimte, financiën en natuurdoelen een rol.
Naar aanleiding van de conclusies uit het onderzoek wordt in de 2e helft van dit jaar een gedetailleerde risicoanalyse provinciale wegen uitgevoerd onder meer op de plekken van de 28 dodelijke ongevallen. Daarbij zal worden bekeken of bijvoorbeeld de weginrichting in lijn is met de functie van de weg en de daarmee samenhangende maximumsnelheid.
De helft van de 28 plekken op provinciale wegen waar een ongeval is gebeurd, krijgt de komende jaren aandacht in (lopende) projecten. Sommige ongevalslocaties zijn al aangepakt. Op de N631 is een rotonde aangelegd bij de Ketenbaan en langs de N638 zijn dit jaar bomen verwijderd of afgeschermd en wordt een fietsoversteek veiliger ingericht. Ook worden dit jaar en volgend jaar obstakels afgeschermd.